TERUG 

Is Jezus Jehovah of niet? (2)



Ik heb hiernaast een afbeelding gemaakt om uit te leggen hoe men de drieëenheid kan voorstellen. Jezus heeft gezegd: "Want de Vader is meer dan Ik" (Johannes 14:28b). Tevens heeft Hij gezegd: "Ik en de Vader zijn één" (Johannes 10:30). Binnen de drieëenheid is de Zoon kleiner dan de Vader. God heet in het oude testament "JHWH". Ik geef met de hiernaaststaande voorstelling een beeld weer van "JHWH". Ik hoop dat met deze afbeelding duidelijk is geworden dat Jezus een deel van God is en toch volledig God. Om het met de woorden van Jezus te zeggen: "Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien;" (Johannes 14:9) of "Wie de Zoon niet eert, eert ook de Vader niet," (Johannes 5:23b)  



Voor veel mensen is het een probleem dat God Zich aan de mensen vertoonde in de vorm van een mens. Uiteindelijk was Jezus, nadat Hij uit de vrouw Maria geboren was, volledig mens.

Een prachtig voorbeeld in het Oude Testament dat God Zich vertoont als mens aan de mensen staat in Genesis. Abraham wordt bezocht door drie mannen. Twee van deze mannen waren engelen. De derde man is God. Deze mannen worden door Abraham gastvrij ontvangen en eten een maaltijd bij hem. Dat deze mannen een maaltijd nuttigen is het bewijs dat deze personen geen geesten waren, maar mannen van vlees en bloed. Ik zal om deze dingen te staven enkele tekstgedeelten citeren:

Genesis 18:1 en 2:
"En de HERE verscheen aan hem bij de terebinten van Mamre, terwijl hij op het heetst van de dag in de ingang der tent zat. En hij sloeg zijn ogen op en zag, en zie drie mannen stonden bij hem;"

Genesis 18:8:
"Ook nam hij boter en melk en het kalf, dat hij bereid had, en zette het hun voor; en hij stond onder de boom bij hen, terwijl zij aten."

Genesis 18:22:
"Toen wendden die mannen zich vandaar en gingen naar Sodom, maar Abraham bleef nog staan voor de HERE."

Genesis 19:1:
"En de twee engelen kwamen in de avond te Sodom."

Een zekere aanwijzing dat God Zich bij deze gelegenheid in tweeën gedeeld lijkt te hebben vinden we in:
Genesis 19:24:
"Toen liet de HERE zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de HERE, uit de hemel;"

We zien hier dat de man, die Abraham bezocht heeft en tevens God is vanaf de aarde vuur en zwavel op Sodom en Gomorra doet regenen van God die in de hemel is.

In Genesis 18:22 lazen we zojuist dat Abraham nog bleef staan voor de HERE. Anders gezegd bleef Abraham staan voor "JHWH". Telkens, wanneer in het Oude Testament "HERE" staat geschreven met allemaal hoofdletters, staat daar in de grondtekst "JHWH". De naam "JHWH" staat in het Oude Testament voor de hoogst denkbare autoriteit. Met andere woorden "JHWH" is God, de Schepper. Het gegeven dat "JHWH" zich in het bovenstaande gedeelte in de vorm van een man vertoont aan Abraham is dan ook een indrukwekkende gebeurtenis. Voor de duidelijkheid: de naam "JHWH" wordt vaak als "Jahweh" of "Jehovah" uitgesproken. Er zijn dan aan de medeklinkers van "JHWH" wat klinkers toegevoegd. In de grondtekst staan echter geen klinkers. Daarom is de uitspraak van "JHWH" niet met zekerheid bekend.

Uitgaande van het Oude Testament is het dus geen enkel probleem om de Heer Jezus als God, als "JHWH" en tevens mens te zien. Dit moge uit het bovenstaande betoog overvloedig blijken. Dus mensen, die zeggen dat God Zich niet in de vorm van een mens kan vertonen hebben, hebben zoals uit het bovenstaande gedeelte blijkt, het Oude Testament niet nauwkeurig gelezen. Mensen, die zeggen dat God Zich niet in de vorm van een mens kan vertonen, loochenen daarmee de Goddelijkheid van de Heer Jezus.



JHWH

In de hierboven geplaatste figuur heb ik de naam "JHWH" in het Hebreeuws getypt.

Let op: Het Hebreeuws moeten we van rechts naar links lezen. In ons Nederlandse schrift lezen we van links naar rechts.

Voor diegenen die de grondtekst van de Bijbel willen kunnen lezen adviseer ik een "Strong's exhaustive concordance of the Bible" door James Strong, uitgegeven door World Bible Publishers, Inc. aan te schaffen. Men moet dan wel een redelijke kennis van de Engelse taal bezitten. Deze concordantie gaat namelijk uit van de Engelse King James Version. Deze concondantie is relatief zeer goedkoop en geeft zeer systematisch aan de hand van nummers toegang tot de grondtekst van het Oude (Hebreeuws) en Nieuwe Testament (Grieks). Naast een concordantie bezit dit boek een Hebreeuws en Grieks woordenboek, waarbij elk woord voorzien is van een nummer.

Een ander zeer goed boek om toegang tot de grondtekst van de Bijbel te bezitten is "The Interlinear Bible" door Jay P. Green, Sr. uitgegeven door Hendrickson Publishers met een woord voor woord vertaling van de gehele Bijbel uit de grondtekst naar het engels met vermelding de nummers uit de bovenvermelde "Strong"-concordantie



Exodus 33:18-23:
Maar hij zeide: Doe mij toch uw heerlijkheid zien. Hij nu zeide: Ik zal mijn luister aan u doen voorbijgaan en de naam des HEREN voor u uitroepen: Ik zal genadig zijn, wie Ik genadig ben, en Mij ontfermen, over wie Ik Mij ontferm. Hij zeide: Gij zult mijn aangezicht niet kunnen zien, want geen mens zal Mij zien en leven. De HERE zeide: Zie, bij Mij is een plaats, waar gij op de rots kunt staan; wanneer mijn heerlijkheid voorbijgaat, zal Ik u in de rotsholte zetten en u met mijn hand bedekken, totdat Ik ben voorbijgegaan. Dan zal Ik mijn hand wegnemen en gij zult Mij van achteren zien, maar mijn aangezicht zal niet gezien worden."

In het bovenstaande tekstgedeelte vraagt Mozes de heerlijkheid van God te zien. Wanneer God, de Schepper, Zich in zijn volle kracht en heerlijkheid openbaart, dan kan een mens dit niet meer verdragen. In die zin moeten we het tekstgedeelte "Gij zult mijn aangezicht niet kunnen zien, want geen mens zal mij zien en leven" uitleggen. Overigens was Mozes wel in staat God van achteren te zien.

Deuteronomium 34:10:
"Zoals Mozes, dien de HERE gekend heeft van aangezicht tot aangezicht, is er in Israël geen profeet meer opgestaan -"

Het lijkt of de bovenstaande twee tekstgedeelten elkaar tegenspreken. Ik heb gecontroleerd of het woord "aangezicht" in de beide tekstdeelten in de grondtekst gelijk is. En dat is het. Dus er kan geen sprake zijn van een vertaalfout.

Er zijn twee tekstgedeelten in het Nieuwe Testament van de Bijbel, die licht kunnen werpen op deze schijnbare tegenstrijdigheid.

Matthéüs 17:1-9:
"En zes dagen later nam Jezus Petrus en Jacobus en zijn broeder Johannes mede en Hij leidde hen een hoge berg op, in de eenzaamheid. En zijn gedaante veranderde voor hun ogen en zijn gelaat straalde gelijk de zon en zijn klederen werden wit als het licht. En zie, hun verschenen Mozes en Elia, die met Hem spraken. Petrus antwoordde en zeide tot Jezus: Here, het is goed, dat wij hier zijn; indien Gij het wilt, zal ik hier drie tenten opslaan, voor U een, en voor Mozes een, en voor Elia een. Terwijl hij nog sprak, zie, daar overschaduwde hen een lichtende wolk, en zie, een stem uit de wolk zeide: Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb; hoort naar Hem! Toen de discipelen dit hoorden, wierpen zij zich op hun aangezicht ter aarde en werden zeer bevreesd. En Jezus kwam bij hen, raakte hen aan en zeide: Staat op en weest niet bevreesd. Toen zij hun ogen opsloegen, zagen zij niemand dan Jezus alleen. En terwijl zij van de berg afdaalden, gebood Jezus hun, zeggende: Vertelt niemand dit gezicht, voordat de Zoon des mensen uit de doden is opgewekt."

In bovenstaande gedeelte zien we dat Jezus voor de ogen van enkele van zijn apostelen geweldig in heerlijkheid toeneemt. In het ene geval zien we Jezus als normaal mens. In het tweede als een Goddelijk Persoon met een geweldige heerlijkheid, aanbevolen door God, de Vader. Wanneer God, de Vader, vanuit een lichtende wolk tot hen spreekt worden de apostelen zeer bevreesd en werpen zich met hun aangezicht ter aarde. We zien hier dus dat naarmate God zijn heerlijkheid meer openbaart het voor een mens op gegeven moment niet meer te verdragen is.

Openbaring 1:9-18:
"Ik, Johannes, uw broeder en deelgenoot in de verdrukking en in het Koninkrijk en de volharding in Jezus, was op het eiland, genaamd Patmos, om het woord Gods en het getuigenis van Jezus. Ik kwam in vervoering des geestes op de dag des Heren, en ik hoorde achter mij een luide stem, als van een bazuin, zeggende:...... En ik keerde mij om ten einde de stem te zien, die met mij sprak. En toen ik mij omkeerde, zag ik zeven gouden kandelaren, en te midden van de kandelaren iemand als eens mensen zoon, bekleed met een tot de voeten reikend gewaad, en aan de borsten omgord met een gouden gordel; en zijn hoofd en zijn haren waren wit als witte wol, als sneeuw, en zijn ogen als een vuurvlam; en zijn voeten waren gelijk koperbrons, als in een oven gloeiend gemaakt, en zijn stem was als een geluid van vele wateren. En Hij had zeven sterren in zijn rechterhand en uit zijn mond kwam een tweesnijdend scherp zwaard; en zijn aanzien was gelijk de zon in haar kracht. En toen ik Hem zag, viel ik als dood voor zijn voeten; en Hij legde zijn rechterhand op mij en zeide: Wees niet bevreesd. Ik ben de eerste en de laatste, en de levende, en Ik ben dood geweest, en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheden, en Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk."

In bovenstaande tekstgedeelte zien we een geheel andere openbaring van Jezus, de Zoon van God, dan in de evangeliën. Voor zijn opstanding en hemelvaart gaat Jezus als mens met de apostelen om. Er is bij de apostelen nauwelijks vrees aanwezig voor Jezus. In bovenstaande tekstgedeelte zien we een geweldig toegenomen heerlijkheid en macht bij Jezus afgeschilderd. De apostel Johannes vreest zeer en valt als dood voor de voeten van de hemelse Jezus.

Ik heb met de bovenstaande 4 tekstgedeelten getracht aan te tonen dat de verschijningsvorm van God, de Schepper, variabel is. Wanneer God Zich in de vorm van een mens aan de mens openbaart is dat voor de mens het best te verdragen. Echter als God zich als mens aan de mensen vertoont zien we niet zijn heerlijkheid.



Slotopmerking:
Hebreeën 13:2:
"Vergeet de herbergzaamheid niet, want daardoor hebben sommigen, zonder het te weten, engelen geherbergd."

Het is duidelijk dat in het bovenstaande tekstgedeelte gesproken wordt van engelen, die eruitzien als gewone mensen. Ook voor de verwoesting van Sodom en Gomorra gaan twee mannen, die in feite engelen zijn, Sodom binnen. Het idee dat engelen zich in de gedaante van een mens kunnen vertonen vindt men in 't algemeen vrij gewoon. Echter dat God, de Schepper, zich vertoont als mens aan de mensen stuit bij velen, die wel in God geloven, op verzet. In het Oude Testament kunnen teksten gevonden worden dat God, de Schepper, zich of als mens of als engel aan de mensen openbaart. Dat God, de Schepper, zich in het Oude Testament als mens aan de mensen openbaart is van groot belang om twijfel over de Goddelijkheid van de Heer Jezus weg te nemen.



Sleutelwoorden:
YHVH - Yud Heh Vav Heh; Yahweh; Ideogram Hebreeuwse letters; De uitleg van de allerheiligste naam JHWH is aandoenlijk simpel. Namelijk: Zie de hand, Zie de spijker. Een directe verwijzing naar het zoenoffer van Christus; Jezus betekent in het Hebreeuws "Yeshua"; Yeshua betekent: "Yahweh is onze redding."
Sleutelwoorden:
Jezus; Yeshua - Yod Shin Vav Ayin; Degene die schept, Degene die vernietigt, Degene die beschermt en Degene die je kent en wenst Zichelf aan je te openbaren!; Openbaring 1:8; alfa en omaga; Aleph en Tau; Het symbool van de Tau is het kruis; AlephTau betekent: Ik ben de Grote Hogepriester - zonder zonde en jouw Bemiddelaar, Die verzegeld door het verbond welke Ik maakte - aan het kruis.


 www.bijbelstudies.com